S
Sabbat:
feest ter ere van de zon, het wisselen van de seizoenen en de God. Er zijn er acht per jaar.Sluwe man:
een praktische geneesheer van magie; deze term komt nog voor dat het Christendom bestond. De dorpsmensen geloofde dat hij een goede oogst bracht, hun beschermde voor het kwaad en zorgde voor tovermiddelen en medicijnen. De Sluwe man overleefde de aankomst van het Christendom, maar niet voor zo heel lang.Solitair:
een heks die alleen magie beoefent in plaats van in een coven.Spraakkunst:
geschreven magie, inclusief symbolen, tekens, Ogham en sigils.Spreuk:
met behulp van woorden energie naar een doel tot leiden.Staf:
voorwerp dat in rituelen gebruikt wordt.Stromingen:
binnen wicca heb je verschillende groepen heksen die de leer van wicca met een andere leer of religie combineren.Symbool:
een teken dat iets anders voorstelt, bijvoorbeeld een God of Godin, de elementen, een doel, enzovoort. Zo is de bokaal het symbool van de Godin en van water.Salamander:
het element dat verblijft in een vuuromgeving.Schedelleer:
karakters analyseren door de vormen en de oppervlakte van de schedel te bestuderen.Showstone:
een kristallen bol die gebruikt wordt voor divinatie, vooral voor waarzeggen. Ook wel genoemd een kristallen bol.Sigil:
een magische zeehond of glyph.Sjamanisme:
de religie van de oude mensen van het Noorden van Europa en Azië, gewoonlijk gekenmerkt door de mogelijkheid van de Sjamaan om te kunnen communiceren met de geestenwereld. Belangrijke facetten van Sjamanisme zijn animisme, bezittingen, voorspelling/openbaring, vormverandering en soul travel.Skyclad:
een paganische term voor rituelen die naakt worden gedaan.So mote it be:
een zin die vaak in rituelen worden gebruikt om gezang of bezwering af te sluiten. Letterlijk betekend het "Zo moet het zijn" of "Zo zal het zijn".Summoner:
een mannelijke versie van de maagden, een lid van een coven die een assistente is van de hoog priester.Sylph:
het element voor lucht.Samhain:
sabbat, ook bekend als Halloween, gevierd op 1 november.